maandag 31 december 2012

zondag

Lang geslapen want nog met het vrouwtje tot redelijk laat liggen babbelen.
Zoals beloofd aan haar: een ontbijt gemaakt met koekjes, een eitje, toastjes, koffie, kaas, zoetigheden,... . Lekker en lang.

Berichtjes nagekeken en gemerkt dat de tamtam reeds redelijk goed werkte: ik krijg veel steunbetuigingen en iedereen wil me met van alles en nog wat helpen. Lief, maar niet echt nodig: tot nader order functioneer ik zoals voorheen, en ik ben niet van plan me te laten gaan.

Telefoon gekregen van de directie van de school, die me alle steun toezegt. Ook mooie mails gekregen van Martine, die wel wat werk zal moeten overnemen maar wat ze graag zal doen en van Sven en Kathleen van de voetbal.

Lijstjes van de te doene zaken aangevuld en beginnen uitvoeren zelfs.

Daarna in zondagmodus gegaan: sportinfo opnemen via TV, wasje doen, aperitiefje nemen (was lang geleden!), ... gewoon genieten!

Een echte, normale, rustige zondag.

De volgende dag

Zaterdagmorgen.
Om 7u30 uit bed (midden de nacht!).
Indoorvoetbaltornooi in Laarne.

Tweestrijd: zeg ik het of niet? Neen, het goede moment is daarvoor nog niet aangebroken. Eerst Sven verwittigen.
Er wordt drie maal zwaar verloren - de jongens ondervinden dat er nog heel veel werk aan de winkel is.

Terug thuis zit mijn dochter (ook een lieve vrouw! - uiteraard) met haar (lieve) vriend. Er wordt gevraagd hoe het is en hoe ik me voel.
Wel: een beetje moe, maar meer door het vroege opstaan (ik ben dat niet meer gewoon) dan mijn ziekte. Eigenlijk voel ik daar weinig van.
Er wordt ook gevraagd hoe het tornooi was en er wordt terug gelachen. Eigenlijk is er al redelijk wat gelachen sinds gisteren.
Ook wat geweend, maar dat was niet onverwacht.

Tijd dan om bij Tony en Dorothy te gaan, de in dit vermaledijde jaar teruggevonden neef van mijn vrouw.
Bij de binnenkomst heb ik het gevoel dat iedereen heel voorzichtig is in het aanspreken: oei, hij is ziek, wat moeten we zeggen, hoe zal hij reageren.
Zoals ik al zei: raar! Wel te begrijpen, maar onnodig: ik ben niet veranderd.

Er wordt weinig over mijn ziekte gepraat (daar is ook niet zo veel over te zeggen, vind ik) en het wordt terug een heel gezellige geslaagde namiddag-avond.

's Avonds nog enkele mailtjes gestuurd en heel goed geslapen.

Raar

Wezenloos!
Waarover heeft hij het?
Een massa in de linkernier. Totale genezing mogelijk, zonder chemo, als de nier eruit is.

Oei, dit gaat over mij!
Ik ging binnen met het idee: we gaan bij de dokter, die zegt :"je hebt een cyste in de linkernier, maar dat is geen probleem - het is 50 €".
Niet dus: er was slechts 10% kans dat de 'schijn' die een maand voordien gezien was in de nier kwaadaardig was en ... ik heb de kans gegrepen!

Kanker.
De 'ver-van-mijn-bedshow' is plots zeer reƫel geworden.

Ik zag mijn lief vrouwtje verstarren naast mij.
Ik vraag dus: "En nu?".
De dokter regelt een operatie op 14 januari 2013 om de nier eruit te halen.
De prof die de operatie zal doen wordt erbij gehaald. Die vertelt me hetzelfde verhaal en dat ik me relatief weinig zorgen hoef te maken.
Zal ik maar geloven zeker?

Buiten wordt dan de moderne communicatiemogelijkheden gebruikt om de boodschap te melden aan de kinderen.
Ik bel mijn broer Chris, want die zit een beetje in hetzelfde straatje en hij zegt me 'kom naar hier'.
Blij met zijn reactie doen we dit ook direct. Hij zit, samen met zijn (ook lief) vrouwtje nog te eten als we binnen komen. Geen probleem, er wordt vrijuit gesproken en eigenlijk was dit zelfs gezellig. Ik ervaar heel veel steun van hun en dit doet deugd. Hij weet als geen ander hoe het voelt.

Terug thuis komt de mallemolen in mijn hoofd een beetje tot rust en kan ik enkele zaken ordenen.
'Wat nu' wordt dan: 'plan nu'. Ik maak een lijstje op van een aantal te nemen stappen, heel rationeel.
Ondertussen is het (voor)avond en sijpelen de zonen binnen, de jongste van het studeren en de oudste met zijn (terug lief) vrouwtje (ik wordt omringd door lieve vrouwen!). Er wordt gebabbeld, grotendeels over mij en we beslissen dan te gaan uiteten - Grieks.
Het wordt een aangename avond.

In bed maak ik een balans op: ik heb kanker in mijn nier en die moet eruit. Binnen enkele weken is het al zo ver. Het zal waarschijnlijk pijn doen, maar - zoals mijn jongste zoon zegt: het is het begin van volledige genezing.
Hoe voel ik me: eigenlijk goed: ik heb goed gegeten, had een goede babbel met mijn broer en een aangename avond met mijn kinderen. En toch ... heb ik kanker.
Raar!